donderdag 11 juni 2015

Op de terugreis 11 mei.




Lartington Hall, 7-6-2015

De zon schijnt, heerlijk. Wat maakt dat het leven aangenamer. Fred ligt zowaar een dik half uur uitgezakt in een stoel.

Ik heb er zin in ons technisch probleem nader te bestuderen. Stil zitten in de zon kan ik niet. Tijdens de rit wordt onze accu niet opgeladen door de auto, dat zou wel moeten. Hierdoor  doet de koelkast het ook niet tijdens het rijden. Dit probleem hebben we al heel lang, maar lossen het tot nu toe op door een koelelement in de koelkast te stoppen.  Verschillende garages hebben het probleem aan de auto  “opgelost”.  Maar na een tijdje is het toch weer mis. Ik waag er een blik aan. Eerst alle zekeringen nakijken. Die zijn goed.  Daarna de achterkant van de koelkast openschroeven. Dat kan vanaf de buitenkant van de caravan. Surprise, hier kom ik heel Marokko tegen. Wat een zand en zooi ligt er achter de koelkast!  Dat moet eerst schoon.

Nu eens kijken of we de puzzel aan draden kunnen ontwaren. Er lopen twee 12 Volt leidingen en een 220 Volt. De 12 Volt leidingen zijn verbonden met het systeem van de caravan. Nu is die kleurcodering voor een leek uitermate ingewikkeld. Je hebt oranje/witte draden, paars/oranje draden, zwarte draden en ga zo maar door. Het enige dat hier helpt is nuchter verstand. Er moet een leiding zijn om het systeem te triggeren, als we overschakelen naar gas, want dat moet ontstoken worden. Dat is zeker een 12 Volt draad en een andere leiding, die op de accu werkt voor de motor van de condensor.


Kerkhof bij de Abdij
Ondergaande zon.
Na enig nadenk werk, ben ik er achter welke leiding waarvoor dient.  De aansluitingen zien er allemaal goed uit en stevig. Ik vermoed niet dat hier ons probleem zit, dus de boel gaat weer schoon en dicht en ben ik niet verder gekomen. Veel meer kan ik op dit ogenblik niet doen, thuis zullen we de caravan stekker uit elkaar halen en zien of daar een probleem is, Ik wil dit niet hier doen want als dat mis gaat hebben we geen achterlichten meer en dat is gewoon gevaarlijk.

 
De abdij twee kilometre van de camping 
Spelen met licht.
 

Fred is inmiddels bij zijn positieven gekomen, geef hem een stoel  of een bed en hij slaapt. We gaan wandelen, spullen pakken en wegwezen. Natuurlijk schiet dat helemaal niet op als ik foto’s wil maken,  maar het is niet anders. Als je goed kijkt dan zie je zoveel, een prachtig hek rond een brug. Half verroest, her en der kapot. Iemand moet dat ooit met liefde geplaatst hebben. De schapen kijken ons stom aan en lopen vervolgens hard weg. We vinden een weg die wijst naar Larington Hall. In de verte staat een magnifiek kasteel achtig huis. De weilanden staan vol met schapen en oude bomen. Dit moet vroeger een lustoord geweest zijn. We lopen de anderhalve kilometer lange oprijlaan op. Natuurlijk is dit privé terrein, maar soms is het goed dat je buitenlander bent. De oprit van het huis wordt geflankeerd door twee enorme beelden van maagden.
 
 Al verder lopend langs het huis komen we in een bos, waar de rododendron bloeit in uitbundige kleuren.  Veel wilde planten, duidelijk een bos dat vroeger bij het huis hoorde. Er is zelfs een kleine oude begraafplaats. De laatste steen is uit 2014, dus hij wordt nog gebruikt. Dit is begraafplaats nummer drie die wij bezoeken. De stenen zijn bedekt met mos en mijn oog valt op een steen van een jonge vrouw van 29, die gestorven is. Daar zit een wereld van tragedie achter voor de man, die achter gebleven is. Mogelijk gestorven in het kraambed?
 

Op de terugweg lopen we weer langs het huis. Het huis heeft een ommuurde tuin, waarop beelden staan. Ik kijk tegen de achterkant aan, niet erg interessant. Ik piep naar binnen en zie een prachtige tuin. Een royaal gazon, trapjes naar beneden. Een centrale fontein, die water spuit en daar omheen symmetrische bloeiende borders. Wat een oaze van rust en wat is dit mooi. Ik maak een foto van de beelden en wordt gesnapt door een barse stem achter mij, die zegt dat dit privé eigendom is. Het is een kleine gezette 50ger, die mij aankijkt. 
 
 Ik maak mijn excuses, Fred stond nog buiten. Hij vraagt of wij op vakantie zijn en ik beantwoord het positief. Ik vraag hem naar de achtergrond van het huis. Vroeger was het een school met een kapel. Toen is het een tijd een hotel geweest en nu is het leeg. Af en toe worden er tentoonstellingen gehouden en wordt het verhuurd voor bruiloften. Hij is de “gatekeeper en gardener” en woont op het landgoed. Gisteren was er een bruiloft en dat is altijd erg stressvol. Kinderen voetballen in de tuin en ruïneren de borders, die hij duidelijk met veel liefde onderhoud. Hij houdt van zijn rust. Ik mag door het raam kijken van de grote vierkante tentoonstellingsruimte. Enorme kroonluchters en een prachtige parketvloer. Hier zijn nu de stemmen verstomd, maar met een beetje fantasie, kun je studenten horen praten, lachen en discussiëren. Hij gaat verder: ”De twee Apollo beelden bij de hoofdingang zijn de enige die nog intact zijn. Vandalen hebben de vele beelden kapot gemaakt, alle hoofden zijn geplakt”. Wat jammer is dit toch. Het geheel doet Barrok aan, uit een rijk verleden.

Ik vraag of mijn echtgenoot ook mag kijken en krijg toestemming en we mogen fotograferen zoveel we willen. Hiephoi. Een buitenkansje. Wat een weldadige rust en rijkdom gaat er van deze plek uit.

Ik zie prachtige klaprozen, die met grote volle knoppen op het punt staan uit te komen. Een teer rode roze kleur ontpopt zich. Ik wist niet, dat er zoveel variëteiten klaproos bestond. Eenjarigen die rijk bloeien door de beschutting die de muur geeft. Alle tinten rood, paars, roze en wit  zijn aanwezig en door de herhaling van de planten geeft het rust. Het hoogte verschil van de tuin, bereikbaar door trapjes met beelden geeft de dynamiek.
 

We lopen helemaal blij weer naar de caravan terug, wat een buitenkansje.

En dan weer een reisdag. Verder naar het zuiden van Engeland. We vinden een plaatsje bij een pub, The Old Ship Inn. Vroeger was er hier een kleine camping, maar door brand is hij buiten gebruik. Omdat we geen stroom nodig hebben en ook geen douche, alleen water kunnen we hier staan.

En dan slaat de bom erin. Keihard.  Bij onze mailberichten zit het nieuws dat een goede dierbare  vriend slokdarm kanker heeft. De wereld staat stil en we zijn met stomheid geslagen. Wat een slecht nieuws. Wederom wordt je geconfronteerd met de vergankelijkheid van ons leven. Ik voel me vaak schuldig, omdat we veel weg zijn, de dingen doen die we willen doen. We zijn dan onbereikbaar voor onze kinderen, kleinkinderen en vrienden. Je zou ze allemaal veel meer willen zien en gelukkig is internet een goed communicatie middel. Anderzijds is ook onze tijd beperkt en we willen graag veel zien en beleven. Dat hoeft helemaal niet exotisch te zijn Europa biedt veel. Dit is onze manier om het te doen als twee Airstream pensionados en ik hoop dat we dit nog heel lang samen kunnen blijven doen.

Vandaag, 10 mei, zouden we naar zee gaan. Fred is dol op de kust. Eerst moeten we toestemming vragen nog een nachtje te blijven, hetgeen geen probleem is. We staan hier gratis, zoals blijkt als Fred het camping geld wil afrekenen.  Ons wordt aangeraden naar Skegness te gaan. Als we zo een 40 km onderweg zijn bekruipt mij het angstige gevoel, dat we naar Zandvoort aan Zee gaan. Daar heb ik echt geen zin in. Ik wil een mooie kust zien en vogels en rotsen. Helemaal geen boulevard met mensen en een zandstrand. Fred kijkt de kaart er verder op na en we besluiten om te draaien. In het stadje Boston hadden we een molen gezien met 6 wieken. Later blijken het er vijf te zijn, dat is bijzonder. De molen is nog volop in bedrijf en rendabel, weet de molenaar te vertellen, als we hier aangekomen zijn. Boston is nagebouwd als klein Holland. Gracht met huisjes eromheen en een heuse molen. Grappig om te zien en herkenbaar, behalve die vijf wieken dan.
 

Richting kust is er een vogelreservaat Frampton march, daar gaan we heen. Het is een niet helemaal natuurlijk gebied, maar het barst er van de vogels. Zwanen met kleintjes zwemmen rond, meeuwen, strandpiepers, leeuweriken, kieviten , meeuwen, meerkoeten, strandlopers en nog veel meer vogels, die wij niet kennen. Overal bejaarde mensen met grote kijkers op statieven. Ze schijnen lyrisch te zijn van een Noorse strandpieper, die hier is neergestreken en waar iedereen naar aan het turen is. Wij hebben meer oog voor het landschap en de vogels in het algemeen.  Bij Fred roept het,- het Terschelling gevoel-  op. De wind blaast over de dijk, koeien achter de dijk, het hoge gras wuift in de wind en het riet buigt mee. De watervlakte is verdeeld in kreken en poelen. Niet erg diep, maar ze bieden voedsel aan alle vogels die hier huizen of op doortrek zijn.


 We vermaken ons best en tegen half zeven rijden we richting caravan. Ja en dan is de vakantie alweer voorbij, morgen een reisdag naar Harwich en vrijdag varen. We gaan in de pub eten. Heerlijk mosselen met frites en een sticky toffee pudding, met vanille saus voor Fred toe. De kop koffie maakt het helemaal af en we hebben weer een super dag achter de rug, want de zon heeft geschenen en het was de hele dag droog.
 Het slechte nieuws blijft ons erg bezig houden. Een donkere wolk die je meeneemt.
 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten