vrijdag 6 januari 2023

Een ezel stoot…… in Thiepval

Na een dag rijden met een stop langs de kant van de weg, komen we terecht in het dal van de Somme. Tegen 4 uur gaan we een plekje zoeken. Fred slaat een weggetje in dat min of meer verhard is. “Zou je dat wel doen?’ vraag ik. Het is zo smal dat omkeren geen optie is. Ik ga wel even kijken zegt `Fred en loopt het weggetje af. Op Google maps zie ik dat het weggetje doorgaat naar de weg, dus het zou moeten kunnen. Na een paar kilometer over heuvelachtig terrein, wordt het pad steeds slechter. Hier en daar diepe kuilen, vol met water. Op zeker moment slippen  de wielen in de klei. Fred zegt nog, je moet die kant uit, maar de caravan trekt ons naar beneden.  Er is geen voortgang meer in te krijgen. We leggen de sneeuwkettingen (voortaan eerst thuis proberen van hoe dit moet) rond de banden, in de hoop meer grip te krijgen. Inmiddels zit alles onder de klei. Schoenen, kleding, handen, auto etc.. Na een uur ploeteren geef ik het op. Dit gaat hem niet worden. “We kunnen hier blijven:”opper ik. Het wordt al donker. Fred wil hulp halen, die loopt het dal in. Hij komt bij een boerderij en vindt iemand, die vrolijk zegt, dat hij de klei van zijn land herkent. Hij spreekt zowaar Engels en is bereid te helpen. Die klei is zo vet, dat het hier een vruchtbaar gebied moet zijn.






Na een klein uurtje hoor ik het geluid van een traktor de berg opkomen, Fred staat op de treeplank. Eerst moet de caravan aangekoppeld worden, want die hadden we afgekoppeld in de hoop met de auto hulp te halen. Dat is nog best een klus, hij staat zo een 10 cm achter de auto. De mannen sjorren wat af, ik krijg het voor elkaar de auto toch nog wat naar achteren te rijden. Gelukkig het aankoppelen is gelukt. Een dikke ketting aan de sleephaak van de auto en aan de traktor. Nu is het voorbij, dacht ik nog. Maar helaas de wielen van de traktor slippen ook door, diepe sporen  van 30 cm in de klei. Alles is omgeploegd. Wat hij ook probeert, zelfs door een minimaal aanloopje te nemen, - resulterend in een enorme knal in de auto als de ketting zich spant-, hij krijgt ons niet van de plaats. Ik zie de tractor op twee achterwielen voor meer kracht

het proberen, maar ook dat werkt niet. Dit gaat niet lukken, zegt hij ik haal  een zwaardere traktor.

Met een klein half uurtje vertoont de monster trekker zich. 

“Als dit niet lukt, gaat hij een andere weg proberen, anders trekt hij ons naar de verharde weg” is de mededeling.

Voorts gaat er een langere sleepkabel aan om meer afstand te genereren. “Blijf in mijn spoor’ zegt hij nog. De optimist, de auto is onbestuurbaar, we trekken naar de kant van de sleephaak en glijden  alle kanten uit. Maar hij gaat in ieder geval van zijn plaats. Na een spannende, slippende, zuigende, hart bonkende, eindeloze rit komen we bij de weg. Het is na zessen. Een sneeuwketting van een wiel zijn we kwijt, de andere halen we eraf. Ook dat kost veel moeite, alles zit in klei verpakt. 




Nu is het al erg donker geworden en we moeten nog ergens een plekje vinden. Fred komt met een grote parkeerplaats bij een oorlogs monument/museum. (Thiepval). In het dal van de Somme staat alles in het teken van de eerste Wereldoorlog. 72 000 namen zijn gegraveerd in het monument voor gevallene in het Somme gebied   plus 60.000  vermisten, gewonden of doden. 

De parkeerplaats is wel ok, we eten de rest van de gegrilde kip van gisteren op, met gebakken aardappeltjes en sla. Ik ben kapot moe, vies en koud. Tegen negen uur lig ik in bed, wat een dag.

‘s Ochtends maken we een wandeling in de buurt. Het oorlogsmonument is enorm. Achter het monument een kerkhof. Hier liggen zowel Engelse als Franse soldaten, vele zijn niet geïdentificeerd.






We laten het plan om nog naar Gent te gaan varen. Het weer blijft druilerig en nat. We besluiten door te rijden naar huis. Dat wordt dan wel een latertje, maar een warm bad is ook niet verkeerd. 

Morgen alles laten drogen en de klei van zowel de caravan als de auto poetsen. Ook het interieur van de auto is een bende van aangekoekte klei. 

 

 

dinsdag 3 januari 2023

3 Januari, La Ferté Macé, een boeren camping, die toch niet open is.


Eergisteren zijn we naar Landernau gegaan. Een oud stadje 18km ten Oosten van Brest. In de 16de eeuw tot en met de 18de eeuw bloeide hier de linnen nijverheid. De producten vonden aftrek in de zijlmakerij, leger tenten en hangmatten. Ze gingen in 1821 het industriële tijdperk in, met stoommachines. Helaas was katoen goedkoper, hetgeen de ondergang van de industrie betekende. De stad heeft zwaar onder de tweede Wereldoorlog geleden, met een actief verzet tegen de Duitsers. Édouard Leclerc is in Landernau geboren. Hij is de oprichter van de grote supermarkt ketens in Frankrijk. 

De huizen in Landernau  zijn gemaakt van natuursteen, nu bedekt met mos en alg. Omdat het zondag de 1 januari was, waren alle winkeltjes dicht. De straten verkeren in Kerststemming. Leuke versieringen het en der. 









De volgende dag afscheid genomen van de camping. We wisten dat het even droog zou zijn, dan is inpakken wel zo lekker. Het is niet mogelijk de tent drogen, daarvoor is alles echt te nat. Dit is wel slecht voor  de voortent ivm het ontstaan van schimmels. We vouwen de voortent losjes op en dan de dakkoffer in, samen met een nat grondzijl. Fred zijn luifel gaat bovenop in zijn eigen hoes, de keuken tent op het aanrecht. We gaan richting huis. Het is echt te nat en overal blubber.



We steken dwars door Bretagne over kleine weggetjes. Het land is heuvelachtig. Veel cultuurland maar ook bossages. We vinden een plekje op een   bij een kerkje. We maken een wandeling en wat foto’s. Het avondlicht is mooi. ‘s Ochtends ben ik vroeg wakker. Het is zo mooi buiten met de opkomende zon.






Vandaag weer verder. We vinden een plaatsje op een boeren camping. Hij is open, maar er meldt zich niemand. Ook niet op het telefoon nummer. Er staan wat lege caravans, daar kan die van ons best bij. 

En natuurlijk regent het en dat is zo vervelend. Er schijnt geen verandering in het weer te komen, dus is de weg naar huis de enige optie. Fred wilde nog zo graag langer blijven. Hij vindt de regen geen probleem en is regelmatig nat. Mijn held. Ik ben er wel klaar mee.