zondag 23 juni 2019

Duitsland Eutin, Campinplatz Prinzenholz


Via Värmland zijn we doorgereden naar Dalsland. We vinden daar een prachtig meer Ömmelen en een vrije natuur camping. Je betaald via internet. 



Voorzieningen zijn er niet. Drinkwater uit het meer en er is een poepdoos. Die zijn wel gemoderniseerd in vergelijking met 30 jaar geleden. Toen stonken die poepdozen vreselijk omdat het niet meer dan een gat in de grond was, met een huisje van hout en een houten zitting, niet meer dan een gat. Nu is het een plastic container geworden die belucht wordt met een heuse WC bril.  In het vat kunnen de vaste delen  composteren en de natte delen worden via de grond afgevoerd. s’Ochtends komt de beheerder langs. Hij vertelt dat er veel jongeren op het terrein komen die teveel drinken. Die gooien van alles in het toilet (zelfs een keer een slaapzak) zodat de beluchting niet meer werkt. Jammer is dat want het geeft hem vuil werk en het leidt tot niets. Hij had het terrein nog recentelijk gemaaid en het gras afgevoerd om voor minder muggen te zorgen. Die zitten er toch wel, maar volgens hem nu veel minder. Hij wordt tegen muggen prikken ingeënt, want als hij met handschoenen aan werkt kan hij ze niet weg slaan. Malaria komt hier niet voor. 
Er is weinig werk in dit deel van Zweden. Vroeger werkte hij in de luier industrie  (Mölnlycke), maar die industrie is hier gesloten. In de winter zit hij in de bijstand, dat vindt hij vreselijk. In de zomer onderhoudt hij de terreinen. Hij is een enthousiast ijsvisser en vertelt hierover. Op de stookplaatsen, bestaande uit een velg van een grote tractor met daaromheen cement en stenen, mogen we een vuurtje stoken.




 ‘s Avonds duiken we in het ijskoude meer, waar ik betrapt wordt door een Deens motorrijder. Het water prikkelt op je huid, Fred vindt het heerlijk. Ik klauter op de kant en sla maar een handdoek om. De motor rijder kijkt discreet de andere kant op.





Ach het is ‘all in the game’.  Hij zet zijn tent een stukje verderop op en vertelt dat hij naar de Noordkaap gereden is. Ook hem was de toename van het toerisme opgevallen. Op de Noordkaap rijdt je in de file van de campers. Tot nu toe zijn wij nog geen tentkampeerders tegen gekomen. Alles is Camper wat de klok slaat, soms een caravan.  Nu zijn Noorwegen en Zweden natuurlijk wel een land voor Campers. De afstanden zijn groot, vrij kamperen is toegestaan. Wij hebben ook een nomade bestaan gehad en erg veel getrokken, zeer weinig op een plek gestaan.
We belanden op een camping in bij Mycleby. De camping ligt onder een grote brug waar de auto’s overheen razen. 





Het is al laat en we zijn moe, dus besluiten we om hier te blijven ondanks het feit dat hij er 300 kronen voor vraagt. Dat is veel als je alleen maar een plaatsje nodig hebt geen TV, koelkast of andere energie vreters gebruikt. 
De hele nacht raast het verkeer langs. Fred is een goede slaper en heeft er weinig last van. Zelf slaap ik  niet zo makkelijk en ik vind het behoorlijk onrustig. 
's Ochtends wil Fred betalen. Eigenlijk hadden we het de vorige avond al willen doen maar daar had de beheerder geen zin in. Hij staat lang bij de “receptie” als er iemand komt die zegt dat Fred cash moet betalen. Nu hebben we geen Zweedse kronen en er staat een pin apparaat op de toonbank. Schijnbaar weet hij niet hoe die te bedienen. Maar ja waar haal je zo snel een cashmachine vandaan. Fred is woest. Ook ter plekke overmaken met je mobiel wordt niet geaccepteerd. Ik krijg een boze Fred in de auto die zegt ze stikken er maar in. En hij rijdt weg. Ik vind dit erg onprettig en heb steeds het gevoel van dief. Fred schrijft s’avonds een mailtje naar de camping om gegevens op te vragen maar tot nu toe geen reactie.
Na Zweden verder door naar Denemarken, via de Sont brug.





We nemen de boot Rødby Putgarden.  De meeuwen vergezellen ons op deze reis. Ze zijn hartstikke brutaal, ik kijk naar boven om te zien wie er straks prijs heeft. 
Uiteindelijk belanden we op het Naturpark Prinzenholz in Eutin, Duitsland.
Tegenover ons een Duitse familie met baby. Ze kletsten gezellig tot diep in de nacht, baby laat zich ook horen. Wat een heerlijk camping leven is dit. De zon schijnt volop, het nylon van de tent broeit. Ik gooi de tarp over de tent om zo een extra luchtlaag te creëren en een luifel. Het werkt en de hitte verdwijnt. Verder hebben we het hier best naar ons zin, gewoon omdat ik zit te typen en Fred op internet zit te kijken. Straks maar een stukje wandelen. 
De afstand tot thuis is 600 km, dus makkelijk te rijden in een dag. 
Daar is het ook warm. Straks maar weer eens een duik in het meer nemen, dit keer met badpak. 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten